San Francisco (dag 20)

San Francisco (dag 20)

De laatste dag voor vertrek brengen we door in San Francisco.

We stappen vroeg in een Uber om de California Academy of Sciences te bezoeken. Nadat we een bord met pancakes hebben gegeten bij de diner op de hoek.

De Academy is in het Golden Gate park. Omdat we er vroeg bij zijn, vermijden we de drukte.

Er is een groot aquarium te bewonderen. Het is leuk dat ze hier veel aandacht besteden aan vreemde soorten en aan zoetwater vissen. Dat zie je niet vaak.

In het planetarium zien we een show over koraalriffen. De T-Rex in de hal lijkt ons een beetje aan de kleine kant. Hij heeft wel netjes een mondkapje op.

In de middag bezoek ik China Town. Dit is een iconische wijk. Met de grootste verzameling Chinese eethuizen, winkels en culturele evenementen buiten Azië.

Het is een ideale plek om te speuren naar souvenirs. Al lijkt het soms een beetje op Ali Express, zoveel rommel wordt er verkocht.

Bij het struinen door de stad valt helaas op dat er veel zwervers te vinden zijn. Ze zitten in trappenhuizen of bedelen voor de restaurants. Het is een vreemd contrast met de ontspannen sfeer en de luxe huizen die je in dit deel van San Francisco ziet.

Het avondeten nuttigen we bij SF Pizza. Waar ze bewijzen dat in San Francisco heerlijke pizza’s worden gebakken. American style.

We kunnen terugkijken op een mooie reis. Waarin we veel mooie dingen hebben gezien en beleefd. En waarin we onszelf tot het uiterste hebben gedreven.

Overal in Amerika zijn de laatste jaren bierbrouwerijen ontstaan, die plaatselijk bier brouwen. We hebben op veel plekken waar we geweest zijn, voor ons onbekende biertjes geprobeerd.

Enkele eervolle vermeldingen: Angel’s Landing, Moab Pilsner, Johnny Frutah, Silver Reef Agua Del Diablo Lager, Washington Gold Cider, California Lager en Sierra Pale Ale.

Van Yosemite naar San Francisco (dag 19)

Van Yosemite naar San Francisco (dag 19)

Het laatste stuk dat we moeten rijden gaat van Yosemite naar San Francisco. We rijden uren door het typische Californische landschap. Verdord gras met hier en daar een boompje.

In San Francisco gaan we naar de Golden Gate brug. Die is helaas verstopt onder een dikke wolk.

Omdat we nog niet kunnen inchecken in ons hotel, gaan we de stad verkennen. We parkeren de auto bij een winkelcentrum en lopen door de kenmerkende wijken van San Francisco.

We treffen het, want niet ver van waar we geparkeerd hebben, staan de kantoren van Lucasarts. Herkenbaar aan de Yoda Fountain.

Yoda fountain

Even verderop zien we het Palace of Fine Arts. Een nogal grotesk nagemaakt Romeins bouwwerk, dat een overblijfsel is van een wereldtentoonstelling uit 1915.

Terwijl we terug naar de auto lopen, valt op dat San Francisco geen vlakke stad is. We moeten hele stukken klimmen, op best wel schuine hellingen.

Ons hotel zit naast Union Square. Dat is het centrale plein. Een perfecte locatie vanwaar we de stad morgen nog wat verder kunnen gaan verkennen.

Yosemite National Park (dag 18)

Yosemite National Park (dag 18)

Yosemite is het laatste park dat we bezoeken op onze reis, en één van de mooiste.

Een hevige bosbrand houdt huis in een deel van het park. Daarom is niet het hele park open. Er is echter nog meer dan genoeg te zien.

We verblijven vlakbij het park, wederom in een lodge die de naam Cedar Lodge draagt. Dit keer gelukkig wel met airco. De temperatuur is in dit gebied nog een stuk hoger dan in Kings Canyon.

We rijden vroeg het park in. Onze bedoeling is om met de gratis shuttlebus het park te verkennen, zoals we dat ook in de andere parken hebben gedaan. De shuttlebus blijkt echter niet of nauwelijks te rijden. Waarom weten we niet. Dan maar met onze eigen auto het park verder verkennen.

Wat Yosemite zo mooi maakt, is de combinatie van grillige bergen, fraaie bossen, groene weides, watervallen en kabbelende beekjes.

Al deze ingrediënten ervaren we ten volle op onze hikes door het park. Langs iconische punten als El Capitan, Mirror Lake en Tunnel View.

Eekhoorntjes zijn in overvloed te vinden. Ze rennen op onverwachte momenten over de weg. Helaas is niet elke oversteekpoging succesvol.

We komen zelfs een beer tegen op één van de paden! Gelukkig is hij moe en gaat hij slapen. We kunnen onze weg vredig vervolgen, zonder een sprintje te hoeven trekken.

Sequoia National Park (dag 17)

Sequoia National Park (dag 17)

We worden wakker in de John Muir Lodge, midden in de bossen. We ruiken de geur van dennennaalden en horen het geluid van tjilpende vogels en ritselende takjes.

Wat een contrast met gisteren, toen we op de Las Vegas strip waren. Vol met neon lichten en langsrazende hummers.

Hoewel wakker worden met een briesje uit het bos heerlijk kan zijn, waren wij minder blij met het ontbreken van airco in de Lodge. Een temperatuur rond de 30 graden ’s nachts is niet comfortabel.

De Lodge is vernoemd naar John Muir, een natuurbeschermer die verantwoordelijk is voor de stichting van Sequoia National Park en Yosemite National Park. Dankzij zijn activisme is er aandacht naar natuurbescherming gegaan en kunnen we dit moois nu bezoeken.

We rijden door Kings Canyon National Park naar Sequoia National Park. Een prachtige rit door dit fascinerende woud.

Wat me opvalt, is dat de sequoia bomen redelijk spaarzaam zijn in het gebied. Ik had verwacht een heel bos vol met mammoetbomen aan te treffen, maar dat is niet het geval. Af en toe zie je groepjes sequoia staan tussen de andere bomen.

Hoewel de meeste bomen in dit woud vrij groot zijn, steken de sequoia’s er ruim bovenuit. Niet alleen door hun lengte, maar vooral door hun dikte.

We zien helaas een hoop bos dat verbrand is. Het lijkt erop dat zeker 20% van al het bos vernietigd is door recente bosbranden. Dat voorspelt weinig goeds voor de toekomst.

Sequoia’s zijn door hun grootte en robuuste stam beter bestand tegen de branden. De meeste mammoetbomen hebben littekens die erop duiden dat ze ooit een brand overleefd hebben. Maar tegen een te stevige brand kan zelfs een sequoia niet op.

De bomen zijn een fenomenaal gezicht. Als je er vlak naast staat, voel je je klein en nietig. Het is bijzonder om ze zo te kunnen aanschouwen.

De allergrootste bomen hebben een naam gekregen en staan achter hekjes. Maar er zijn genoeg sequoia’s die naamloos en sereen in het bos staan. We stoppen langs de weg bij een groepje sequoia’s om ze van dichtbij te bekijken.

We zien de koningen van het bos in hun volle glorie. Maar ook staan er omgevallen exemplaren. Een ontwortelde sequoia laat zien hoe groot het wortelsysteem van deze bomen is.

Een reuzensequoia die het begeeft is zeldzaam: ze kunnen meer dan 3000 jaar oud worden. Dat betekent dat ze er al stonden voordat het Romeinse Rijk ontstond. Ze hebben heel wat meegemaakt.

General Sherman

De General Sherman is de grootste sequoia, de grootste boom en daarmee ook het grootste levende wezen op de planeet.

We lopen het pad richting de Sherman. Een paar keer denken we de boom in kwestie te zien. Dat blijkt niet het geval. In het bos waar General Sherman staat, zijn nog veel meer reuzensequoia’s te vinden.

Wanneer we de enige echte General Sherman van dichtbij zien, moeten we constateren dat deze boom toch een stuk groter en indrukwekkender is dan alle bomen er omheen, zelfs dan de General Grant die we gisteren hebben gezien.

De General Sherman is 83 meter hoog en de stam heeft een omtrek van 31 meter. Het is een ontzagwekkende boom. Het is niet mogelijk hem in zijn geheel van dichtbij op de foto te zetten.

Nadat we de General Sherman hebben gezien, zijn alle bomen kleiner. Een mooi moment om onze reis te vervolgen naar Yosemite National Park, dat 4,5 uur rijden ten noorden van Sequoia ligt.

Van Vegas naar Kings Canyon (dag 16)

Van Vegas naar Kings Canyon (dag 16)

De langste rit van deze reis. Bijna 7 uur. We stappen met wat voorbehoud in de auto. Gelukkig blijft Leander op de been en kan hij ondanks zijn Corona-symptomen een stuk rijden, zodat we af kunnen wisselen tijdens de rit.

Het eerste deel van de trip is vrij saai. Lange rechte wegen door de woestijn. Nevada zijn we relatief snel weer uit. We vervolgen onze reis door Californië.

In Californië wordt de weg wat interessanter. We rijden door een groot windmolenpark en langs een begraafplaats voor vliegtuigen.

In het plaatsje Bakers moeten we tanken. Laat daar nu net de grootste thermometer ter wereld staan! Pakken we dat bucketlist item toch maar even mee.

We rijden daarna door een groot agrarisch gebied waar amandelen en sinaasappelen worden gekweekt.

Uren rijden later, komen we in de buurt van het gebied waar de sequoia bomen te vinden zijn. De grootste bomen ter wereld. Het duurt een hele tijd voordat we ze zien. Zelfs als we het bord met daarom ‘Sequoia National Forest’ erop zijn gepasseerd.

Maar als ze in beeld komen, valt direct op hoe immens groot deze bomen zijn. Indrukwekkend is een understatement.

Ons verblijf bevind zich in Kings Canyon National Park. Een zusterpark van Sequoia. Ook in Kings Canyon zijn giant sequoia’s te vinden. Wat heet: de op één na grootste staat er, de General Grant.

Ons verblijf, de John Muir Lodge, ligt vlakbij de beroemde boom, dus die gaan we gelijk bekijken. Op het pad ernaartoe kunnen we ons vergapen aan nog een aantal van de majestueuze sequoia bomen. Helaas nog wel achter een hekje. Hopelijk kunnen we morgen wat meer in contact komen met het woud.

Las Vegas en de Hoover Dam (dag 15)

Las Vegas en de Hoover Dam (dag 15)

We worden wakker met uitzicht op de strip.

We hebben honger, dus we gaan een ontbijtje halen. Het hotel serveert wel ontbijt, maar dat is beperkt en duur. Eens kijken of er een Denny’s in de buurt zit. Dat blijkt wel snor te zitten.

We lopen over de strip en zelfs om 8:00 uur ’s ochtends moeten we nog vrouwen met opgeblazen borsten en glitterpakjes ontwijken. Die willen met je op de foto, waar je vervolgens voor moet betalen.

Bij de Denny’s staat er zowaar een rij tot buiten. Maar de 9-graans pannenkoeken met vruchtjes smaken weer als vanouds.

De casino’s zijn zo groot en talrijk dat je er moeiteloos in verdwaalt. Dag en nacht operationeel.

We doen nog wat boodschappen en omdat Leander verkoudheidsklachten heeft, gaan we langs de CVS om een Covid-19 testkit te halen. Helaas: positief. We moeten ons verblijf in Vegas wat aanpassen. In plaats van een shooting range, wat ons oorspronkelijke plan was, gaan we naar de Hoover Dam. Dat is in de buitenlucht en daar kunnen we voldoende afstand houden.

We hopen dat onze klachten beperkt blijven. Zeker met het oog op de dag van morgen, want dan moeten we bijna 7 uur rijden naar onze volgende bestemming.

Een goed nieuwtje bereikt ons ook vandaag. Mijn laptop die ik in Moab vergeten was op de kamer, is in Las Vegas gearriveerd. Na een telefoontje met het hotel heeft de vriendelijke receptiemedewerker mijn Macbook gevonden en opgestuurd via FedEx. Wat mij in staat stelt dit blogje te typen. Wat een opluchting!

De Hoover Dam

De Hoover Dam is een stuwdam die vlakbij Las Vegas ligt. Het is een project uit de Grote Depressie, toen duizenden werklozen aan de dam werkten van 1931 tot 1935.

De schaal van de dam en het bijbehorende stuwmeer zijn onvoorstelbaar. Lake Mead bevat, als het helemaal gevuld is, zoveel water dat je de staat Pennsylvania ermee onderwater zou kunnen zetten.

Nu is het meer allang niet meer volledig gevuld. Sterker nog, er zit zo weinig water in dat men zich daar grote zorgen over maakt. Zou het meer teveel droogvallen, dan kan er geen elektriciteit meer door de dam gegenereerd worden en dat is einde verhaal voor Las Vegas en omgeving.

We kunnen bij de dam goed zien hoe ernstig het is. De witte aanslag op de bergen rondom het meer geven aan hoe hoog de waterstand is geweest in het verleden.

We blijven niet te lang buiten bij de dam. De temperatuur meet vandaag 117 graden Fahrenheit, omgerekend 47 graden Celsius. Dan is zelfs de wind, die vrij stevig waait, niet meer aangenaam maar een gloeiendhete föhn. Je verdampt waar je bij staat.

Van Springdale naar Las Vegas (dag 14)

Van Springdale naar Las Vegas (dag 14)

We verruilen het rustige dorpje Springdale voor het knotsgekke Las Vegas. De rit er naartoe is relatief kort, zo’n 2,5 uur. We rijden door drie staten: Utah, Arizona en Nevada.

Van verre kunnen we Vegas al zien liggen. Als we de stad inrijden, worden we getrakteerd op een woud aan reclameborden langs de weg. Het valt ons op dat een groot gedeelte van de borden adverteert voor injury lawyers. Die staan je bij als je een kwetsuur oploopt in één van de hotels. Blijkbaar erg lucratief!

Wij verblijven in het Tropicana hotel. Eén van de oudere hotels, perfect centraal gelegen aan de strip. Bij aankomst vragen we een kamer op een hoge verdieping en die wens wordt gehonoreerd: op de 17e verdieping hebben we een mooi uitzicht

We maken een verkennend rondje langs de omliggende hotels en de strip. MGM Grand, New York New York, Ceasar’s Palace, Excalibur, Luxor, Bally’s, Bellagio’s en Mandalay Bay.

Je kunt uren rondlopen door al deze hotels. Elk hotel beschikt over een eindloze hal met gokkasten en speeltafels. Zelfs op de bar zijn schermen aangebracht, zodat tijdens het bestellen van een pilsje de kassa door kan rinkelen.

Er komt een kakofonie van licht en geluid op je af wanneer je door de airconditioned ruimtes loopt.

Buiten is bijna niemand te vinden. Dat is ook niet zo gek, als je bedenkt dat de temperatuur tegen de 40 graden is. Zelfs ‘s nachts koelt het niet verder af dan 32 graden Celsius.

We zien de beroemde fonteinen van Bellagio’s en eten een uitstekende hamburger bij Johnny Rocket’s.

In de avond begeven we ons naar het MGM Grand voor een voorstelling van David Copperfield, die we last minute geboekt hebben. Heel Las Vegas hangt vol met zijn hoofd, dus er wordt genoeg reclame voor gemaakt.

Copperfield is zichtbaar ouder geworden. Maar een oude meester verleert zijn kunstjes niet. In het relatief kleine theater tovert hij een auto tevoorschijn, een ufo en zelfs een T-rex.

Zion (dag 13)

Zion (dag 13)

We rijden vandaag om 8:00 uur ‘s ochtends het park in. Hoewel het alweer dringen geblazen is bij de ingang, valt ons gelijk op dat het een stuk rustiger is dan gisteren.

De temperatuur is lager, zo’n 29 graden celsius. Nog steeds warm. Maar de bergen en bossen bieden schaduw. Deze omstandigheden maken het hiken een stuk aangenamer.

We lopen de trail naar de Emerald Pools. Dit is een mooie hike, die start bij de Lodge en onderweg fraaie uitzichten biedt. Het pad bestaat uit drie delen.

We komen eerst langs de Lower Emerald Pools, waar het water via een waterval in valt. Daarna lopen we door naar de Middle Emerald Pools. Hier zijn we bij het beginpunt van de waterval.

Als we ongeveer halverwege zijn, zien we een ranger. Ze is druk bezig met het poetsen van een rots. Omdat dit er een beetje vreemd uitziet, vraag ik wat ze aan het doen is. “Cleaning up the graffiti” zegt ze. Helaas is niet iedereen die het park bezoekt zuinig op de natuur.

Het laatste stukje van de hike naar de Upper Emerald Pools is het meest uitdagend. Als we er aankomen, worden we getrakteerd op een mooi bergmeertje, waar flinke kikkervissen in zwemmen. Dat wordt straks een heel paddenlegioen.

Via een andere route lopen we weer terug naar beneden. Onderweg zien we de mooie natuur. We spotten regelmatig een chipmunk. De diertjes zijn hier niet erg schuw.

Het is nog steeds drukker in Zion dan in de andere parken waar we geweest zijn. Blijkbaar is dit een populaire recreatiebestemming voor Amerikanen. Het is wel begrijpelijk, want de natuur is hier prachtig.

Van Bryce naar Zion (dag 12)

Van Bryce naar Zion (dag 12)

Vanuit Bryce is het een relatief kort stuk rijden naar Zion National Park. In iets meer dan 2 uur zijn we bij de ingang van het park.

We gaan via de oostelijke ingang naar binnen, wat ons in staat stelt om met onze eigen auto een stuk door het park te rijden. Het uitzicht vanaf deze “Scenic Drive” is fenomenaal.

Het Zion National Park bestaat uit een kloof waarin de Virgin rivier stroomt. In tegenstelling tot de Grand Canyon kun je hier eenvoudig bij de rivier komen. Langs de rivier is de natuur prachtig en divers.

De mooiste plekken in Zion zijn alleen bereikbaar na lange wandelingen door het gebied. Tussen de beginpunten van die hikes rijdt een shuttlebus.

We besluiten de Riverside Walk te doen, die niet al te moeilijk is en waarvan het pad langs de rivier loopt. Al snel is het ons duidelijk dat we beter niet al te uitdagende hikes kunnen doen vandaag.

Het is ontzettend druk in het park. Hele kuddes mensen gaan met de shuttle naar de belangrijkste punten en het is dringen geblazen op de paden. Dat is niet hoe wij een natuurpark willen beleven. Het lijkt hier meer op een recreatiegebied.

Daar komt bij dat de temperatuur oploopt tot maar liefst 42 graden celsius. Het is heel zwaar onder deze omstandigheden in de volle zon te lopen. Helemaal als je stukken moet klimmen. Maar op het stuk dat we lopen, komen we genoeg kinderen en ouderen tegen. Wat voor toverdrank hebben zij gedronken?

Na de Riverside hike besluiten wij het voor gezien te houden. Als die gekke Amerikanen zichzelf willen pijnigen moeten ze dat zelf weten. We hebben morgen nog een dag om Zion te verkennen. Hopelijk is het dan rustiger, want het is dan maandag en we zijn de weekendtoeristen dan kwijt. We kunnen ook wat vroeger het park in gaan, waardoor de temperatuur wat aangenamer zal zijn.

Bryce Canyon (dag 11)

Bryce Canyon (dag 11)

De rit van Moab naar Utah maakt ons nog eens duidelijk dat Utah een hele mooie staat is. De woestijnen zijn hier ontzettend fraai, met alle bergen en rotsen die zich in het landschap bevinden.

We rijden niet alleen door woestijn, maar ook door agrarische groene gebieden en bossen.

Bryce Canyon National Park heeft een geheel eigen charme. De uitzichtpunten hier zijn weids en hoog. Maar het is niet alleen de hoogte en de weidsheid die indruk maakt.

De kloof is bezaaid met hoodoos, roodkleurige stenen pilaren. Het zijn enorme stenen. We hebben nog nooit zoiets gezien. Wat het gebied verder uniek maakt zijn de bomen die er tussendoor groeien.

De toegang tot het park is strak georganiseerd, zoals we tot nog toe in alle nationale parken hebben ervaren. De belangrijkste uitkijkpunten zijn bereikbaar via een gratis shuttlebus. Ze rijden zo vaak dat we meerdere keren een prive shuttle hebben.

We maken een hike naar beneden via een plek die de Queen’s Garden wordt genoemd. De reden is dat een van de stenen op koningin Elizabeth zou lijken. Wij zien de gelijkenis niet. Maar het gebied is er niet minder mooi om.

Het is een zware klim, want als je naar beneden gaat moet je ook weer naar boven. Maar het is zeer de moeite waard tussen de hoodoos door te lopen en ze van dichtbij te zien. Dan valt pas op hoe groot de rotsen eigenlijk zijn.

Het is een mooie wandeling waarbij we voortdurend in de gaten worden gehouden door een legertje chipmunks die zich in de bossen bevinden en zich af en toe laten zien.